Coaching van leerlingen is wat je in het hedendaagse onderwijs een ‘buzzword’ zou kunnen noemen. Vrijwel elke school zegt het te doen. Met name op het moment dat in het zicht van een nieuw schooljaar leerlingen moeten worden aangetrokken. Tegelijk hoor je ook kritiek. Want worden leerlingen op al die scholen ook daadwerkelijk professioneel gecoacht? Daar kun je, om het voorzichtig te formuleren, verschillend over denken.
Zo niet binnen het Kunskapsskolan onderwijs. Want dáár neemt coaching een centrale plaats in. Sterker nog: zónder professionele coaching op leerdoelen is dit gepersonaliseerd onderwijs eenvoudigweg niet denkbaar. En dus worden de docenten speciaal opgeleid om deze rol goed te kunnen invullen en zijn er wekelijks coachgesprekken met elke leerling. Coachen geldt binnen het Kunskapsskolan onderwijs overigens als een van de vier rollen die docenten hebben te vervullen. Naast die van vakdocent, algemeen docent en teamlid.
Maar, effectief coachen is niet gemakkelijk. Met tal van valkuilen waar je als docent mee te maken krijgt. Alle reden dus om vijf manieren langs te lopen die professionele coaching kenmerken en docenten uitdagen de coaching van hun leerlingen verder te verbeteren.
Table of Contents
Ruimte om te landen
Het is geen ‘rocket science’, maar wel van essentieel belang: elk coaching gesprek moet je beginnen met ‘de ruimte om te landen’. Klinkt ingewikkeld, maar is het niet: het gaat erom een plezierige overgang te creëren naar waar je het met de leerling over wilt gaan hebben. Denk aan de vraag: hoe is het met je, waar kom je vandaan, wat speelt er in jouw omgeving? Ingewikkelder gaat het niet worden. Maar pas op: wanneer je als docent op één dag vier of zes coachgesprekken hebt met verschillende leerlingen, dan is het belangrijk dat je heel bewust élk gesprek weer begint met die ‘ruimte om te landen’.
Professioneel coach en vaste trainer van Kunskapsskolan-coaches Annemiek Jonker is er duidelijk over: ‘de praktijk leert dat de kwaliteit van het uiteindelijke coachgesprek met een leerling enorm wordt beïnvloed door deze ruimte om te landen. Juist ook omdat je binnen het gepersonaliseerd onderwijs van Kunskapsskolan leerlingen wilt uitdagen het beste uit zichzelf te halen én hen probeert eigenaarschap bij te brengen. Zonder die ruimte om te landen in het coachgesprek kom je als docent gemakkelijk in een taakgerichte benadering terecht. Zo van ‘wat moet je doen, wanneer ga je dat doen, wat heb je daarvoor nodig en ga zo maar door. Dat is helemaal aan het begin van een coaching-relatie misschien wel helpend, maar je zult merken dat je vanuit het taakgerichte als docent al na relatief korte tijd bent ‘uit-gecoacht’. Zorg dat ook jij als coach weer echt volledig je aandacht bij deze ene leerling hebt die voor je zit en nieuwsgierig bent naar wat voor deze leerling goed werkt en de volgende stap in ontwikkeling in effectief leren is.
Wat gaat er goed
De wetenschap heeft ons geleerd dat mensen het beste leren in een positieve atmosfeer. Daar moeten docenten zich volgens Annemiek Jonker bewust van zijn. ‘Complimenten zorgen ervoor dat leerlingen zich gezien en gehoord voelen én creëert bij hen de ruimte om te verkennen waar hun uitdagingen liggen. Vraag bijvoorbeeld aan je leerlingen: hoe komt dat dit je zo goed is gelukt? Deze benadering geeft de leerling vertrouwen en de durf om weer een extra stap te zetten. ‘Ik hoorde laatst een docent tijdens een ‘dagstart’ letterlijk elke leerling een compliment maken. Zélfs de leerling die niet op tijd was gekomen en haar spullen niet bij zich had. Toch zei de docent: “wat ik zo mooi aan jou vind is dat jij eigen koers kiest. En ook al is deze start van vandaag iets waar wij het samen eens over moeten hebben: dit is een kwaliteit van je”. Geloof mij, dat creëert een atmosfeer waarin er ruimte voor ontwikkeling wordt gecreëerd.
Coaching is een proces
Het is een valkuil voor docenten om elk coachgesprek te willen scoren. Dit vanuit de natuurlijke behoefte – die wij nu eenmaal allemaal hebben – om zaken te willen oplossen. Maar: met het aanreiken van oplossingen ontneem je een leerling feitelijk zijn of haar eigenaarschap en autonomie en help je de leerling dus niet. Dus moeten docenten de coaching zien als een proces. Het enige dat zij in de gaten moet houden is dat er zaken langskomen die de leerling aan het denken zetten. Maar er is niets mis wanneer het enige tijd kost voor iets bij een leerling helemaal landt en tot een inzicht leidt.
‘Natuurlijk mag je best tips geven’, geeft Annemiek Jonker aan. ‘Maar let dan wel goed op je timing. Geef alleen tips wanneer een leerling zich al bewust is van een leer- of ontwikkeldoel. Want is dat niet het geval, dan landen je tips helemaal niet. Ter vergelijk: als je iemand die helemaal niet van plan is om met vakantie te gaan, lastigvalt met een reeks prachtige bestemmingen, dan gaan die tips het ene oor in en het andere weer uit. Dat geldt ook bij de coaching van leerlingen. Tips moeten aansluiten bij leerdoelen die leerlingen zien en begrijpen. Dán hebben ze zin.’
Maak het spannend!
Het is een vraag die menige coach van leerlingen zichzelf zal stellen: wanneer ben ik goed bezig. Maar dát vaststellen is volgens Annemiek Jonker gemakkelijker dan je zou denken. ‘Het gaat er in professionele coaching om iemand uit te dagen ergens over na te denken waar hij of zij nog niet over heeft nagedacht. En dát doen is spannend voor zowel de coach als de gecoachte persoon. Wanneer je tijdens coachgesprekken met leerlingen dus vragen wilt stellen die zowel spannend zijn voor jou als voor de leerling, dan is dat een goede indicatie voor het goed bezig zijn als coach. En die vragen kunnen over van alles gaan. Neem bijvoorbeeld: wij zijn nu zes weken bezig en ik zie dat de coaching niet zoveel effect heeft. Daarom wil ik het eens met je hebben over hoe het gaat met onze coaching, of we de goede dingen doen en hoe jij de coaching ervaart. Jezelf kwetsbaar opstellen kan een effectief middel zijn, want dan krijg je een ander gesprek en kun je wellicht een barrière doorbreken. Anderzijds kun je ook tegen een leerling zeggen: ik heb het vertrouwen dat jij veel meer kunt dan je nu laat zien. Hoe denk jij daarover? Het zijn allemaal voorbeelden van ‘spannende vragen’ die horen bij effectieve coaching. Daarbij hoort ook het actief gebruik maken van de stilte. Is ook spannend, maar erg effectief. Ik zie nog veel mensen die bij stilte in een kramp schieten. Maar weet: tijdens stilte gebeurt doorgaans het meest.
Beperk coaching niet tot het coachgesprek
Binnen het Kunskapsskolan onderwijs heeft een coach elke week een gesprek van een kwartier met elk van zijn/haar leerlingen. Annemiek Jonker benadrukt echter dat er veel meer coachmomenten zijn dan die wekelijkse coachgesprekken. Gebruik de dagelijkse basegroup om korte check-ins met je coachleerlingen te doen. ‘Maar denk ook aan workshop, de tijd dat leerlingen zelfstandig werken aan bepaalde vakken. Dan heb je als coach alle gelegenheid om leerlingen binnen jouw vakgebied te coachen. En omdat je als docent intensief samenwerkt met je collega’s, heb je ook een compleet beeld van de ontwikkeling van leerlingen binnen de andere vakgebieden en kun je ook daar coachend opereren. Het is een van de dingen die ik zo bijzonder vind aan het Kunskapsskolan onderwijs. Het gaat niet alleen om het stimuleren van de leerlingen, het gaat ook om de ontwikkeling van de docenten. En de actieve, professionele coaching maakt daar deel van uit.
Voor meer informatie over de Kunskapsskolan Community Nederland kun je kijken op de website van de Community.